Desinfectie is het doden van (ongewenste) micro-organismen. Desinfectie gebeurt met behulp van desinfectiemiddelen. Dit worden ook wel desinfecteermiddelen, desinfecterende middelen, desinfectantia of ontsmettingsmiddelen genoemd. Desinfectiemiddelen zijn bestrijdingsmiddelen en vallen meestal onder de biocidenregelgeving.

De Biocidenverordening kent de volgende productsoorten voor desinfectiemiddelen: 

  • Productsoort 1: Menselijke hygiëne
  • Productsoort 2: Desinfecteermiddelen en algiciden die niet rechtstreeks op mens of dier worden gebruikt 
  • Productsoort 3: Dierhygiëne 
  • Productsoort 4: Voeding en diervoeders 
  • Productsoort 5: Drinkwater

Toelating en gebruiksvoorschrift 

Bedrijven die biociden in de handel willen brengen, moeten een aanvraag voor toelating indienen. Het verloop van dit soort aanvragen is vastgelegd in de Europese Biocidenverordening (BPR), die sinds 1 september 2013 van kracht is. In Nederland geeft het College voor de toelatingen van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden)) de toelatingen van desinfectiemiddelen af. Op het etiket van een toegelaten desinfectiemiddel staat een toelatingsnummer en een gebruiksvoorschrift.  

Toepassingen en toepassingsgebied

Handdesinfectiemiddelen en oppervlakdesinfectiemiddelen worden vooral gebruikt in zorginstellingen en in de voedselverwerkende industrie. Maar ook de veehouderij gebruikt desinfectiemiddelen voor bijvoorbeeld het desinfecteren van melkapparatuur, uiers, drinkwatersystemen, stallen, klauwen en hoeven. Tot slot worden desinfectiemiddelen ook door consumenten gebruikt om bijvoorbeeld algen en schimmels te bestrijden.  

Bestrijden van algen en schimmels 

Middelen waarmee algen worden bestreden op bijvoorbeeld muren, terrassen, meubilair en in water, vallen ook onder productsoort 2. Ook anti-schimmelmiddelen voor de bestrijding van schimmel in bijvoorbeeld badkamers vallen onder productsoort 2. 

Handgels 

Handdesinfectiemiddelen zijn bedoeld om de aanwezige ziekteverwekkers (micro-organismen) op je handen, zoals bacteriën, schimmels en virussen, te doden. Er bestaan ook cosmetische handgels, ook wel reinigende of hygiënische handgels genoemd, die je handen schoonmaken en verfrissen. Deze cosmetische handgels zijn geen desinfectiemiddelen en vallen daarom niet onder de biocidenregelgeving, maar onder de cosmeticaregelgeving. 

Reinigen en desinfecteren 

Reinigen betekent niet hetzelfde als desinfecteren. Bij reinigen of schoonmaken wordt vuil (en daarmee een deel van de aanwezige micro-organismen) verwijderd om te voorkomen dat micro-organismen zich vermeerderen of verspreiden. Bij reinigen of schoonmaken worden schoonmaakmiddelen of handzeep gebruikt. Bij desinfectie worden zoveel mogelijk micro-organismen zoals bacteriën, schimmels en virussen onschadelijk gemaakt. Aan desinfectiemiddelen zijn hoge eisen gesteld. Aangetoond moet worden dat een middel het aantal aanwezige micro-organismen tot een aanvaardbaar niveau terugbrengt. Voor een goede desinfectie is het belangrijk om eerst schoon te maken, voordat een desinfectiemiddel wordt gebruikt. Volg voor een goede werking van het desinfectiemiddel altijd het gebruiksvoorschrift. 

Hygiënerichtlijnen 

Het Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid (LCHV) stelt hygiënerichtlijnen op voor onder andere ambulancezorg, verpleeghuizen en kinderdagverblijven. In deze richtlijnen staat beschreven wanneer schoonmaken voldoet en in welke situaties er ook gedesinfecteerd moet worden. Ook geeft het LCHV tips over het kiezen van een geschikt desinfectiemiddel. Het is belangrijk dat het middel in Nederland is toegelaten voor het beoogde gebruik en het type gebruiker (professioneel of niet-professioneel). Om te controleren of een middel is toegelaten: zie de Ctgb-toelatingendatabank

Resistentie 

Er zijn aanwijzingen dat bepaalde micro-organismen resistentie kunnen ontwikkelen tegen desinfectiemiddelen. Micro-organismen zijn dan steeds beter bestand tegen desinfectiemiddelen. De middelen verliezen hierdoor hun desinfecterende werking. Het Ctgb kan informatie over resistentie-ontwikkeling meenemen bij de toelating van een desinfectiemiddel. 

Desinfectiebijproducten 

De toepassing van halogeen bevattende desinfectiemiddelen kan leiden tot de vorming van desinfectiebijproducten (DBP's). DBP’s kunnen gevaarlijk zijn voor de volksgezondheid en het milieu. Op de website van het Ctgb vind je meer informatie over desinfectiebijproducten. 

Grensvlakproducten 

Soms vallen desinfectiemiddelen onder de wetgeving voor (dier)geneesmiddelen of voor medische hulpmiddelen. Dit hangt af van het hoofddoel van het product. Op de webpagina Grensgevallen: biociden en andere producten vind je meer informatie over grensvlakproducten.