De staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat (IenW Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat)) heeft een brief naar de Tweede Kamer gestuurd over het Impulsprogramma Chemische Stoffen. Dit brede programma besteed ook veel aandacht aan biociden. Van de 19 projecten in het programmaplan 2023-2026  gaan er 5 direct over biociden. Zo is er een project gericht op de monitoring van het biocidegebruik en een project over kennis in de keten van biociden.  

Projecten gericht op biociden 

De projecten waarbij alle of veel aandacht uitgaat naar biociden zijn: 

  • Project 3: ‘Functionaliteit – verbreding Integraal Plaag Management’ (IPM Integrated Pest Management (Integrated Pest Management)). Dit project wil toepassing van IPM voor de bestrijding van ratten en muizen verbeteren en verbreden naar andere plaagdieren. 

  • Project 5: ‘Publiek belang van het gebruik van stoffen’. Het doel van dit project is om tot een Europese aanpak te komen voor het meewegen van het publiek belang bij de besluitvorming over biociden en andere chemische stoffen. 

  • Project 13: ‘Kennis in de keten – biociden’. Het doel van dit project is te zorgen voor beter beschikbare informatie over biociden in de keten. Hierdoor kan het (onjuist) gebruik van schadelijke biociden verminderen. 

  • Project 14: ‘Samenhang in wettelijke kaders’. Dit project brengt in kaart hoe de Biocidenverordening beter kan aansluiten op andere wet- en regelgeving voor chemische stoffen. Dit is van belang voor een toekomstige herziening van de Biocidenverordening.  

  • Project 19: ‘Monitoring biociden gebruik’. Het doel van dit project is het ontwikkeling van een monitoringssysteem voor de verkoop van een aantal biociden in Nederland. Dit systeem zal zich richten op enkele toepassingen met de meest risicovolle middelen.  

Projecten relevant voor biociden 

Er zijn ook projecten waarbij mogelijk aandacht wordt besteed aan biociden of die ook voor biociden relevant kunnen zijn. Dit zijn: 

  • Project 1: ‘Instrumenten voor innovatie’. Dit project kijkt naar aanpassing van bestaande maatregelen en invoeren van nieuwe maatregelen om innovatie te stimuleren. Innovatie is onder andere belangrijk voor het vervangen van risicovolle biociden. 

  • Project 8: ‘Verbreden beeld ZZS-emissies'. Dit project verkent nog niet in kaart gebrachte bronnen van de emissie van Zeer Zorgwekkende Stoffen. Dit kan gaan over emissies van biociden. 

  • Project 12: ‘Chemische stoffen in de circulaire economie’. Dit project kijkt naar mogelijkheden om het gebruik van (gevaarlijke) chemische stoffen in producten te beperken. Dit kan gaan over biociden als conserveermiddel in producten. 

  • Project 15: ‘Publieke overheidswebsites chemische stoffen’. Dit project gaat over websites die burgers kunnen raadplegen over chemische stoffen zoals biociden.  

Impulsdomeinen 

Het Impulsprogramma richt zich op vijf zogenoemde impulsdomeinen. Dit zijn: voorkomen milieurisico’s, leefomgeving (lucht, water, bodem), kennis en uitvoering, burgerperspectief en monitoring milieukwaliteit.  Naast de bovengenoemde projecten omvat het programma onder andere ook projecten gericht op normstelling, omgaan met onzekerheden, cumulatie van stoffen en methodiek ecotoxische druk. Sommige projecten zijn al gestart, andere moeten nog nader worden uitgewerkt.