Er is op Europees niveau een aantal richtlijnen opgesteld. Deze richtlijnen helpen het onderscheid in grensgevallen verduidelijken. Een aantal richtlijnen is opgesteld toen de biocidenrichtlijn (98/8/EG) van kracht was, dat wil zeggen voor de biocidenverordening (BPR) van kracht werd in 2013. Deze richtlijnen worden nog wel gebruikt door de handhavende instanties. Richtlijnen zijn niet wettelijk bindend.

Biociden - cosmetica 

Er is een grensgebied tussen biociden en cosmetische producten. De Europese commissie en de lidstaten hebben in 2004 een grensvlakdocument van 2002 hierover herzien. Dit grensvlakdocument is nog gebaseerd op de toen geldende EU Europese unie (Europese unie) biocidenrichtlijn en EU richtlijn voor cosmetische producten. Er wordt verwezen naar de ‘Manual of Decisions’ voor voorbeelden. Deze manual wordt sinds de invoering van de biocidenverordening in 2013 niet meer bijgehouden en geactualiseerd.

Leave-on handgels, cosmetica of biociden in PT 1

Er is een grensgebied tussen cosmetische producten en biociden. De Europese Working Group on Cosmetic Products heeft in 2020 een technisch document en een richtsnoer (Q&As) opgesteld over handgels op basis van water en alcohol die niet worden af-, uit- of weggespoeld. Dit worden leave-on gels genoemd. Het document bevat voorbeelden van misleidende etiketteksten of afbeeldingen op cosmetische handgels. Deze etiket-beweringen kunnen de indruk wekken dat de handgel een biocidale functie heeft. Dit document maakt met de voorbeelden duidelijk wanneer een handgel een cosmetisch product is en wanneer een biocide. Dit document gaat alleen over de leave-on handgels op basis van alcoholen, niet over alle mogelijke andere grensvlakproducten van de productcategorieën cosmetische producten en biociden.

(Dier)geneesmiddelen – biociden

Er is een grensgebied tussen biociden en geneesmiddelen of diergeneesmiddelen. De Europese commissie en de lidstaten hebben in 2008 een grensvlakdocument van 2002 hierover herzien. Dit grensvlakdocument is nog gebaseerd op de toen geldende biocidenrichtlijn en richtlijnen voor (dier)geneesmiddelen. Dit document gaat in op grensvlakproducten met PT01, PT18 en PT 19.

Biocide of gewasbeschermingsmiddel

Over het grensvlak tussen gewasbeschermingsmiddelen en biociden is op Europees niveau (SCoPAFF = Standing Committee on Plants Animals Food and Feed) beleid afgesproken. Zodra in de aanvraag de werkzaamheid tegen ziekteverwekkers in planten wordt geclaimd of in studies wordt aangetoond, gaat het om een gewasbeschermingsmiddel. Dan moet de werkzame stof (ook) voor gewasbeschermingsmiddelen zijn goedgekeurd. Wordt algemene desinfectie geclaimd en bevat de aanvraag de standaard werkzaamheidsgegevens voor een biocide, dan volgt een beoordeling als biocide (ook te gebruiken in de land- en tuinbouw). Het Ctgb College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden) heeft hierover een beleidsnotitie opgesteld.

Medische hulpmiddelen – biociden

De Europese wetgeving voor Medische Hulpmiddelen is de Medical Devices Regulation (EU) 2017/745, afgekort MDR. De MDR is sinds 26 mei 2021 volledig van kracht. In 2019 is door de Europese commissie en de lidstaten een handleiding (versie 1.22) voor grensvlakproducten met medische hulpmiddelen gepubliceerd. In hoofdstuk 5 wordt het grensvlak met biociden beschreven. Dit grensvlakdocument is nog gebaseerd op de toen geldende Europese richtlijn voor medische hulpmiddelen.